Aanslag van 5,10% op tekort aan bedrijfsleidersbezoldiging heeft nooit bestaan!

Vakartikels

De wet van 25 december 2017 tot hervorming van de vennootschapsbelasting voerde een afzonderlijke aanslag in van 5% (+ 2% crisisbelasting, samen 5,10%) in geval van toekenning van een onvoldoende bedrijfsleidersbezoldiging. Maar recent werd beslist om deze aanslag in te trekken waardoor deze kan worden beschouwd als hebbende nooit bestaan!

Minimale bedrijfsleidersbezoldiging

Voornoemde wet tot hervorming van de vennootschapsbelasting voorzag vanaf aanslagjaar 2019 (verbonden aan een boekjaar dat ten vroegste aanving op 01/01/2018) dat vennootschappen een afzonderlijke aanslag van 5,10% verschuldigd waren op het tekort aan toegekende bedrijfsleidersbezoldiging.  Elke vennootschap moest ten laste van haar resultaat van het boekjaar een minimale bezoldiging toekennen van ten minste 45.000 EUR aan minstens één van haar bedrijfsleiders - natuurlijke personen om aan deze aanslag te ontsnappen, tenzij de belastbare winst kleiner was dan 45.000 EUR, in welk geval de bezoldiging minstens gelijk moest zijn aan die winst.

Er bestonden weliswaar twee uitzonderingen:

  • Enerzijds was de afzonderlijke aanslag niet van toepassing voor kleine vennootschappen gedurende de eerste vier boekjaren vanaf hun oprichting.
  • Anderzijds werd de 75.000 EUR-regel voorzien bij verbonden vennootschappen waar minstens de helft van de bedrijfsleiders dezelfde personen waren.

Veelbesproken maatregel

Deze afzonderlijke aanslag zorgde echter al snel voor veel interpretatieproblemen. Daarnaast was er ook heel wat protest tegen deze maatregel aangezien kleine vennootschappen voortaan geconfronteerd werden met een dubbele sanctie wanneer zij onvoldoende bedrijfsleidersbezoldiging toekenden, m.n. naast de afzonderlijke aanslag ook het verlies van het verlaagd tarief in de vennootschapsbelasting van 20% (of 20,40% inclusief crisisbelasting) op de eerste 100.000 EUR aan belastbare winst.

Reeds op 31 januari 2018 diende oppositiepartij PS een wetsvoorstel in tot afschaffing van die 5,10% aanslag. Het duurde meer dan één jaar eer dit wetsvoorstel bij de Kamercommissie Financiën ter sprake kwam en het werd meteen goedgekeurd. 

Retroactieve intrekking

Op 4 april 2019 besliste de Kamer om het wetsvoorstel tot intrekking van de aanslag goed te keuren.
De aanslag van 5,10% is dus definitief verdwenen voor alle vennootschappen, alsof de aanslag nooit heeft bestaan! De vele acties die door vennootschappen reeds werden gepland en/of ondernomen om te voldoen aan deze maatregel zijn dus helaas onnodig geweest.

De aanslag van 5,10% is dus definitief verdwenen voor alle vennootschappen, alsof de aanslag nooit heeft bestaan!

Merk op dat de minimale bedrijfsleidersbezoldiging van (in principe) 45.000 EUR wel blijft bestaan als voorwaarde voor kleine vennootschappen om te kunnen genieten van het verlaagd vennootschapsbelastingtarief van 20,40%, althans na het vierde belastbaar tijdperk na hun oprichting.

Voor meer informatie kunt u altijd contact opnemen met Marc De Munter, Tax Partner of uw dossierbeheerder.