Nieuwe btw-regels voor kennisgeving werkelijk gebruik

Vanaf 2023 zijn gemengde btw-belastingplichtigen die voor hun btw-aftrek het werkelijk gebruik willen toepassen, verplicht om hiervan een ‘voorafgaandelijke kennisgeving’ te doen. Deze kennisgeving geldt ook voor belastingplichtigen die vandaag al het werkelijk gebruik toepassen. In dit artikel leest u met welke verplichtingen en tijdstippen u vanaf dit jaar rekening moet houden.

Gemengde btw-belastingplichtigen verrichten zowel belastbare als van btw vrijgestelde handelingen. Zij kunnen slechts een deel van de btw op inkomende kosten in aftrek brengen. Dit recht op aftrek wordt in beginsel bepaald volgens de regel van een ‘algemeen verhoudingsgetal’. Dit drukt de verhouding uit tussen de omzet van de belastbare handelingen enerzijds en de totale omzet anderzijds.

Hiervan kan soms afgeweken worden. In dat geval wordt het recht op aftrek uitgeoefend volgens het ‘werkelijk gebruik’ van goederen en diensten. Tot eind 2022 was voor de toepassing hiervan een vergunning vereist vanwege de Btw-Administratie. Deze regeling eindigt in 2023. 
 

Voortaan is een ‘voorafgaandelijke kennisgeving’ nodig om de methode van het werkelijk gebruik te kunnen toepassen. Deze kennisgeving moet u doen via een elektronisch formulier dat u op MyMinfin vindt. 

Het tijdstip waarop u dit formulier voorafgaandelijk moet indienen, kan variëren:

Bent u een gemengd btw-plichtige die het algemeen verhoudingsgetal al toepast en wil overschakelen naar het werkelijk gebruik? Dan moet u uw voorafgaandelijke kennisgeving versturen uiterlijk voor het einde van het eerste aangiftetijdvak van het lopende kalenderjaar waarin u het werkelijk gebruik wil toepassen. Concreet betekent dit ten laatste op 31 maart voor kwartaalaangevers of uiterlijk 31 januari voor maandaangevers. 

Wordt u vanaf dit jaar bij aanvang van de activiteiten gemengd btw-belastingplichtige? Dan moet u de voorafgaandelijke kennisgeving voor de toepassing van het werkelijk gebruik versturen voor het einde van het eerste aangiftetijdvak dat volgt op de aanvang van uw activiteit. Hetzelfde geldt als u door een activiteitswijziging gemengd btw-belastingplichtige wordt en hierbij het werkelijk gebruik wil toepassen.

Ook goed om weten: wie op 31 december 2022 het werkelijk gebruik al toepaste, moet daarvan ook kennisgeving doen. Hiervoor is tijd voorzien tot 30 juni 2023.  

Deze keuze geldt voor minstens vier jaar.  
 

Naast de voorafgaande kennisgeving moet een gemengde btw-belastingplichtige voortaan ook enkele bijkomende gegevens meedelen. Dit moet gebeuren via Intervat bij de indiening van de btw-aangifte van het eerste kwartaal of, voor maandaangevers, bij de btw-aangifte van januari, februari of maart. Concreet gaat het om de volgende gegevens:

• het definitieve algemeen verhoudingsgetal van het voorafgaande kalenderjaar (indien van toepassing);
• het aandeel in procenten van de btw op kosten die volledig of geen recht op aftrek geeft en van de btw op kosten voor beide activiteiten;
• het bijzonder verhoudingsgetal voor de btw-aftrek op de gemengde kosten.

Van zodra de voorafgaande kennisgeving gebeurd is, stuurt de Btw-Administratie een ontvangstmelding. Let op: dit is geen goedkeuring! Tot 31 december van het jaar dat volgt op het jaar van de keuze voor het werkelijk gebruik kan de Administratie deze kennisgeving immers verwerpen. Een gemotiveerde beslissing tot weigering gaat retroactief in vanaf de eerste dag van het aangiftetijdvak waarin de initiële voorafgaande kennisgeving werd verricht. 

Concreet komt dit erop neer dat btw-belastingplichtigen die voortaan een keuze moeten maken, praktisch twee jaar in onzekerheid over de mogelijke aanvaarding van hun keuze.
 

Wilt u meer informatie over dit thema?

Als klant van Baker Tilly kunt u contact opnemen met Wim De Pelsmaeker, Partner VAT / Gecertificeerd belastingadviseur, of uw dossierverantwoordelijke.
Nog geen klant? Contacteer ons voor een vrijblijvend gesprek.