Uw vennootschap heeft fiscale verliezen: aandachtspunten

Vakartikels

Wanneer een vennootschap in een bepaald belastbaar tijdperk fiscale verliezen realiseert, kan ze deze verliezen in principe verrekenen met haar toekomstige fiscale winsten. Bij het gebruik van deze fiscale verliezen zijn er echter enkele aandachtspunten waarmee u rekening moet houden. Hieronder vindt u een beknopt overzicht van situaties die in de praktijk het meest voorkomen.

Overdraagbaarheid en fiscale controle

Als een vennootschap in een bepaald belastbaar tijdperk fiscale verliezen opbouwt, dan zijn deze in principe onbeperkt in tijd overdraagbaar naar volgende belastbare tijdperken. Anderzijds kan de fiscus de oorsprong van de fiscale verliezen onderzoeken wanneer deze verliezen in een later belastbaar tijdperk door de vennootschap worden gebruikt om de belastbare winst te compenseren. Op deze manier heeft de fiscus in de praktijk een langere controle- en onderzoekstermijn dan de normale termijn van drie jaar om de opbouw van de fiscale verliezen na te kijken. Het is dus essentieel dat u de oorsprong van fiscale verliezen zorgvuldig documenteert om correcties te vermijden bij eventuele latere controles door de belastingadministratie.

Aftrekverbod

Overgedragen fiscale verliezen kunt u in beginsel gebruiken om belastbare winst van latere boekjaren te neutraliseren. Hierop gelden een aantal beperkingen. Zo kunt u geen overgedragen fiscale verliezen aftrekken van door de vennootschap verkregen abnormale of goedgunstige voordelen, van niet-verantwoorde kosten (geheime commissielonen), een gedeelte van het voordeel alle aard inzake personenwagens en dergelijke meer.

Zolang de overgedragen fiscale verliezen niet volledig zijn aangewend om winst te neutraliseren, kan de fiscus de opbouw ervan in vraag stellen.

Aftrekbeperking - ‘korf’ van fiscale aftrekken

Sinds aanslagjaar 2019 geldt een beperkte aanwending van verschillende fiscale latenties. Naar latere belastbare tijdperken overgedragen fiscale aftrekken worden ondergebracht in een zogenaamde “korf” waarvan het effectieve gebruik wordt beperkt. Deze korf van fiscale aftrekken bevat onder meer overgedragen DBI-aftrek, overgedragen aftrek voor innovatie-inkomsten, overgedragen notionele interestaftrek, maar ook de fiscaal overgedragen verliezen. Concreet kan de belastbare winst van boekjaar 2023 verminderd worden door aanwending van (onder andere) fiscale verliezen tot 1 miljoen euro, en kan boven 1 miljoen euro nog slechts 40% worden geneutraliseerd door aftrekken van de korf. Zo maakt 60% van de belastbare winst boven 1 miljoen euro een minimaal belastbare basis uit voor een vennootschap. De fiscale latenties die niet worden aangewend door deze korfbeperking, blijven overdraagbaar zoals voorheen. Startende vennootschappen zijn gedurende de eerste vier boekjaren na hun oprichting vrijgesteld van deze korfbeperking.

Noteer dat de begrenzing van de korf overeenstemt met de 15% minimumbelasting voor grote ondernemingsgroepen die wordt ingevoerd voor boekjaren die aanvangen vanaf 31 december 2023 in het kader van de Pillar II-regels. Deze regelgeving werd gepubliceerd door de OESO en vervolgens door de Europese Commissie in een Richtlijn gegoten voor gecoördineerde invoering in de EU. Als deze wet inzake minimumbelasting wordt ingevoerd vanaf aanslagjaar 2025, zal dat de korf mogelijks (opnieuw) worden verhoogd van 40% naar 70%. 

Buitenlandse verliezen

Verliezen die een vennootschap realiseert via een vaste inrichting in het buitenland, worden bij voorrang aangerekend op winsten van dezelfde oorsprong, en pas voor de overblijvende verliezen aangerekend op winsten van andere oorsprong. Is de winst van het boekjaar onvoldoende om de verliezen aan te wenden? Dan worden deze overgedragen naar een later belastbaar tijdperk. Deze overgedragen verliezen van een Belgische vennootschap kunnen dus ook buitenlandse verliezen bevatten. Sinds aanslagjaar 2022 kunt u buitenlandse verliezen enkel met de Belgische winst verrekenen wanneer deze geleden zijn in een land binnen de EER en wanneer ze ‘definitief’ zijn: bijvoorbeeld omdat de activiteit in het buitenland wordt stopgezet en deze binnen de drie jaar na de stopzetting ervan niet opnieuw wordt opgestart.

Voor buitenlandse niet-definitieve verliezen die werden gerealiseerd vóór aanslagjaar 2022 in een land waarmee België een dubbelbelastingverdrag heeft gesloten, geldt de zogenaamde ‘recapture’-regel. Enkel voor zover u als belastingplichtige kunt aantonen dat deze verliezen nog niet werden gebruikt om de buitenlandse winst te compenseren, kwalificeren deze als overgedragen verliezen die van de Belgische winst kunnen worden afgetrokken.

Sinds aanslagjaar 2022 kunt u buitenlandse verliezen enkel met de Belgische winst verrekenen wanneer deze geleden zijn in een land binnen de EER en wanneer ze ‘definitief’ zijn.

Controlewijziging

Wanneer u aandelen van uw vennootschap verkoopt aan een derde partij, is er sprake van een controlewijziging in hoofde van de verkochte vennootschap. Op basis van artikel 207, lid 8 WIB92 kunnen in dit geval de fiscaal overgedragen verliezen niet worden behouden, tenzij de verkoop beantwoordt aan ‘rechtmatige financiële en economische behoeften’. Deze voorwaarde houdt in dat de controlewijziging niet hoofdzakelijk mag ingegeven zijn door fiscale motieven. Als belastingplichtige moet u de rechtmatige financiële en economische behoeften bewijzen. Belangrijke elementen in het behoud van de overgedragen verliezen zijn:

  • verderzetting of uitbreiding van de activiteit van de vennootschap;
  • behoud van tewerkstelling van het bestaande personeel.

Deze beperking bij controlewijziging heeft geen impact op verliezen van het boekjaar zelf.

Fusies en splitsingen

Ook wanneer uw vennootschap fuseert met een andere vennootschap of een (partiële) splitsing ondergaat, zijn de fiscaal overgedragen verliezen een aandachtspunt.

Herstructureringen die voldoen aan de voorwaarden van fiscale neutraliteit conform de bepalingen van het WIB92, zien de overgedragen fiscale verliezen beperkt in functie van de ‘fiscale nettowaarde’ van de betrokken vennootschappen. De fiscale nettowaarde is het verschil tussen de fiscale waarde van de activa en de fiscale waarde van het vreemd vermogen van de vennootschap. De specifieke regels die met de verschillende mogelijke herstructureringen gepaard gaan, moeten voor elke casus afzonderlijk bekeken worden.

Bij belaste fusies en splitsingen spelen bovenstaande regels niet. De herstructurering wordt dan gelijkgesteld met een ontbinding en vereffening van de overgenomen of gesplitste vennootschap waardoor deze haar verliezen zelf gebruikt. Een eventueel overschot van de fiscale verliezen wordt niet overgedragen naar de overnemende of verkrijgende vennootschap en gaat dus verloren. Beschikt de overnemende of verkrijgende vennootschap zelf over fiscaal overdraagbare verliezen, dan worden deze niet beperkt.

De essentie:

  • Fiscale verliezen kunt u in beginsel altijd verrekenen met toekomstige fiscale winsten, al zijn er belangrijke beperkingen
  • De fiscus kan de oorsprong van de verliezen controleren bij het gebruik ervan
  • Buitenlandse verliezen kunt u in principe niet verrekenen met Belgische winst
  • Herstructureringen brengen mogelijk verdamping van fiscale verliezen met zich mee

Meer weten?

Als klant van Baker Tilly kunt u contact opnemen met Tanja De Decker, Tax Partner, Roel van Ransbeke, Corporate Tax Consultant of uw dossierbeheerder. 
Nog geen klant? Contacteer ons voor een vrijblijvend gesprek.