Eindejaarstips 2024: vennootschapsbelasting

Vakartikels

Het jaareinde nadert snel. Voor veel ondernemers een uitgelezen moment om even stil te staan bij de (aangekondigde) fiscale veranderingen vanaf 2025. Door tijdig de juiste keuzes te maken op het vlak van vennootschapsbelasting, kunt u de financiële gezondheid van uw bedrijf immers een boost geven. In dit artikel ontdekt u enkele praktische eindejaarstips en bedenkingen op het vlak van vennootschapsbelasting.

Supernota: impact op dividendpolitiek?

Zoals u wellicht weet, bevat de zogenaamde supernota van formateur Bart De Wever onder meer diverse wijzigingen op het vlak van de belasting op dividenden. Hieronder vindt u een overzicht van de huidige stand van zaken. Houd er wel rekening mee dat deze supernota geen politiek akkoord is en er bovendien nog geen wet(sontwerp)teksten beschikbaar zijn. Deze informatie kan dus nog grondig wijzigen.

De initiële versies van de supernota vermeldden:

  • een algemene verlaging van de roerende voorheffing van 30% naar 25%;
  • een afschaffing van het VVPR-bis-regime (verlaagde voorheffing van 15%);
  • een aanpassing van het liquidatiereserve-regime.

In een later gelekte versie bleken deze aanpassingen geschrapt. Het is echter mogelijk dat bepaalde aanpassingen terug in de nota komen om de Arizona-coalitie te doen slagen.

Zolang er nog geen (ontwerpen van) wetteksten zijn, lijkt het in de meeste gevallen af te raden om al onomkeerbare zaken te doen ter anticipatie. Wel kan het aangewezen zijn om in afwachting al bepaalde zaken voor te bereiden om snel te kunnen schakelen als er voor het jaareinde toch aanpassingen zouden komen.

Zo lijkt het ons nuttig om in elk geval:

  • na te gaan welke beschikbare reserves kunnen uitgekeerd worden onder welk regime;
  • het kapitaal te volstorten met het oog op toepassing van VVPR-bis;
  • het vrijmaken van voldoende liquide middelen om de dividenduitkering ook effectief uit te betalen en bijvoorbeeld niet op een rekening-courant te boeken.

Het kan dus zinvol zijn om in boekjaar 2024 nog over te gaan tot uitkering van VVPR-bis-reserves en liquidatiereserves, op voorwaarde dat dit reeds mogelijk is aan het gunstige tarief.

Supernota: meerwaardebelasting voor natuurlijke personen?

In het kader van dezelfde supernota onderhandelt de Arizona-coalitie ook over de invoering van een meerwaardebelasting voor natuurlijke personen. De belangrijkste punten kunnen we als volgt samenvatten:

  • 10% belasting op meerwaarde op financiële activa zoals aandelen, obligaties,...; 
  • vrijstelling van historische meerwaarden (tot de inwerkingtreding); 
  • vrijstelling verkoop van aanmerkelijke belangen (>5%) door de historische en actieve aandeelhouder(s) tot een maximumbedrag dat initieel 2,5 miljoen EUR bedroeg, maar ondertussen in de onderhandelingsfase getrapt verhoogd zou zijn tot 7,5 miljoen EUR; 
  • vrijstelling bij herinvestering van de meerwaarde; 
  • voetvrijstelling voor kleine beleggers.

Ter herinnering: er is nog steeds geen finaal akkoord of zelfs wet(sontwerp)tekst beschikbaar.

In de mate dat de meerwaardebelasting effectief wordt ingevoerd, kan het als ondernemer nuttig zijn om de huidige waarde van uw onderneming te laten vaststellen. Dit extern waarderingsrapport kan naast inzichten in de mogelijke meerwaarde(belasting), ook een waardevol instrument zijn om de historische (vrijgestelde) meerwaarde te onderbouwen.

Supernota: afschaffing forfaitair VAA voor privébewoning?

Tot slot lezen we in de supernota ook dat zou afgestapt worden van de forfaitaire waardering van de voordelen van alle aard (‘VAA’), zoals bijvoorbeeld voor privébewoning. Hoewel er nog geen finaal akkoord en wet(sontwerp)teksten zijn, is het wel duidelijk dat in voorkomend geval het VAA voortaan gewaardeerd zal moeten worden aan de werkelijke waarde.

Aangezien de fiscus oordeelt dat deze werkelijke waarde in vele gevallen hoger zal liggen dat het huidige forfaitaire VAA - en u dus zal belast worden op een (beduidend) hoger VAA (voor privébewoning) - kan het aangewezen zijn om de huidige structuur tegen het licht te houden en eventueel te overwegen om privé-gebruikt vastgoed uit uw vennootschap te halen.

Maximaliseer uw investeringsaftrek door na te gaan of u best nog investeert in 2024, dan wel in 2025.

Nood aan onderbouwing loonpakket bedrijfsleider

Onder het motto ‘altijd belangrijk’ benadrukken we graag het belang om de loonpolitiek van de bedrijfsleider naast de rapportering op fiche 281.20 ook zorgvuldig te documenteren en minstens gedetailleerd op te nemen in de notulen van de algemene vergadering.

Investeringsaftrek

De investeringsaftrek is een bewezen fiscale maatregel die bedrijven aanmoedigt om te investeren in bepaalde vaste activa. De investeringsaftrek werd hervormd, waarbij voor investeringen vanaf 1 januari 2025 via drie sporen wordt gewerkt. Per spoor geldt bij wet een vast percentage, ter vervanging van de percentages die in het verleden jaarlijks werden geïndexeerd.

Afhankelijk van het soort investering en de grootte van de onderneming, kan het – rekening houdend met het toepasselijke percentage aan investeringsaftrek – in sommige gevallen lonen om nog in 2024 te investeren, dan wel uit te stellen tot 2025.

De onderstaande percentages zijn van toepassing op investeringen die plaatsvinden vanaf 1 januari 2025: 

  Kmo's Andere
vennootschappen
Algemeen spoor: basisaftrek – eenmalig 10% /
Algemeen spoor: digitale investeringen
– eenmalig
20% /
Thematische aftrekken – eenmalig 40% 30%
Technologieaftrek voor O&O en octrooien
 – eenmalig
13,5% 13,5%
Technologieaftrek voor O&O
– gespreid
20,5% 20,5%
Zeeschepen – eenmalig 30% 30%

 

We verwijzen hierbij ook naar ons eerder verschenen artikel: De investeringsaftrek in een nieuw jasje vanaf 1 januari 2025.

Aangepaste groottecriteria

Bepaalde fiscale voordelen (zoals onder andere bepaalde investeringsaftrekken) zijn enkel weggelegd voor ‘Kmo’-vennootschappen. Daarom is het essentieel om de groottecriteria goed op te volgen. Houd er rekening mee dat twee van de drie criteria die de grootte van een vennootschap bepalen, recent zijn verhoogd voor boekjaren die beginnen na 31 december 2023. De groottecriteria vanaf boekjaar 2024 zijn dus als volgt: 

‘Kleine’ vennootschap
(art. 1:24 § 1 WVV) 
Oude grenzen Nieuwe grenzen
Omzet 9.000.000 EUR 11.250.000 EUR
Balanstotaal 4.500.000 EUR  6.000.000 EUR
Gemiddelde VTE 50 VTE 50 VTE

 

Ter info: er geldt een overgangsregel die het consistentiebeginsel tijdelijk uitschakelt. Hierdoor kan een vennootschap onmiddellijk klein (of groot) worden in boekjaar 2024. Door ervoor te zorgen dat in 2024 niet meer dan één van de nieuwe grenzen overschreden wordt, blijft de vennootschap ‘klein’ voor 2024, 2025 én 2026, aangezien het consistentiebeginsel vanaf 2025 opnieuw van toepassing is.

Het consistentiebeginsel houdt in dat er minstens in twee achtereenvolgende boekjaren een (niet-)overschrijding moet zijn alvorens dit impact heeft op de grootte van een onderneming.

Bij vennootschapsgroepen moeten deze cijfers fiscaal op geconsolideerd niveau bekeken worden, waardoor ook de gekozen consolidatiewijze een impact kan hebben op het resultaat van de grootte-analyse. Rekenen is dus weten.

Door tijdig en voldoende vooraf te betalen, kan uw vennootschap 9% belastingvermeerdering neutraliseren.

Voorafbetalingen en tax shelter investeringen

Als uw vennootschap in de loop van het jaar te weinig voorafbetalingen heeft gedaan, is een belastingvermeerdering van 9% van toepassing. Door tijdig en voldoende vooraf te betalen, kan uw vennootschap deze belastingvermeerdering neutraliseren. Maak dus zeker werk van een optimale voorafbetalingsstrategie!

Voor boekjaren die gelijklopen met een kalenderjaar, is de laatste voorafbetalingsdeadline 20 december 2024.

Ook het regime van tax shelter-investeringen voor de audiovisuele, podium- en videospelensector kan een nuttige aanvulling of alternatief zijn voor uw voorafbetalingsstrategie. Dit geldt zeker als de laatste voorafbetalingsdeadline is verstreken: dan blijkt een tax shelter-investering een nuttig instrument om alsnog een eventuele belastingverhoging (deels) te neutraliseren. Het volstaat immers om voor het jaareinde een raamovereenkomst te ondertekenen, ook al gebeurt de effectieve betaling pas in een volgend boekjaar.

Zie ook ons eerder verschenen artikel: Verhoging wegens onvoldoende voorafbetaling stijgt naar 9%: nog groter belang van voorafbetalingen in boekjaar 2024.

De essentie:

  • Op basis van de supernota van formateur Bart De Wever is er een mogelijke fiscale impact op uw dividendpolitiek en de berekening van het VAA privébewoning. 
  • De Arizona-coalitie stelt een invoering van een meerwaardebelasting voorop.  
  • Maximaliseer uw investeringsaftrek door na te gaan of u best nog investeert in 2024, dan wel in 2025. 
  • Houd de gewijzigde groottecriteria in het oog en geniet nog tijdig fiscale kmo-voordelen.
  • Maak zeker voor het jaareinde nog werk van een optimale voorafbetalingsstrategie.